BlogLifescience

Schoon water blijft een hardnekkig ideaal

Er is goed en minder goed nieuws over het Nederlandse oppervlaktewater. Meststoffen zijn op hun retour, maar verontreiniging met resten van medicijnen en pesticiden baart zorgen. Aan de onderwaternatuur kun je de gevolgen soms aflezen, maar toch tasten ecologen vaak in het duister over het effect van nieuwe vormen van watervervuiling.

Lange tijd leek eutrofiering of vermesting het belangrijkste milieuprobleem van de Nederlandse oppervlaktewateren. Hoge gehaltes aan stikstof en fosfaat zorgden in de jaren zeventig en tachtig voor plassen met algenbloei en weinig waterplanten. Brasems deden het goed in zulke groene soep en die vis maakte het water met z’n gewoel in de bodem zo mogelijk nog troebeler.

Inmiddels is de situatie op veel plaatsen enorm verbeterd. Fosfaatrijke wasmiddelen gingen in de ban, en scherper mestbeleid beperkte de watervervuiling in landbouwgebieden. De doorkijkdiepte is in veel wateren toegenomen. In sommige randmeren groeien de waterplanten zo hard, dat er in de zomer hele lappen worden weggemaaid om de pleziervaart wat ruimte te geven. Het IJsselmeer is in sommige delen opvallend helder.

Wie het Compendium voor de Leefomgeving raadpleegt, snapt die ontwikkeling. De site toont grafieken van vermesting van de grote rivieren tussen 1970 en 2014. De concentraties stikstof en fosfaat zijn met 70 a 80 procent gedaald. Aangezien de Rijn deels via de IJssel bij Kampen in het IJsselmeer stroomt, is ook dat water voedselarmer geworden.

Vervuiling met meststoffen op z’n retour. Gehalte fosfor en stikstof in de grote rivieren in Nederland. Bron: Compendium voor de Leefomgeving.

“De Duitsers hebben in 1985 besloten dat ze de hoeveelheid fosfaat in de Rijn tien jaar tijd gingen halveren. Daar zijn ze in geslaagd en zelfs meer dan dat. Dat succes vertaalt zich in veranderingen in de waterkwaliteit van het IJsselmeer”, vertelt bioloog Ruurd Noordhuis, werkzaam bij Deltares. (….)

Artikel verschenen in Bionieuws 13, 26 augustus 2017