BlogVissen

Groeien zonder grenzen

Groeien zonder grenzen Beet 02-2017Mensen, honden en koeien stoppen met groeien als ze volwassen zijn. Maar vissen groeien hun hele leven in een traag tempo verder. Zo kunnen sommige soorten als ze tientallen jaren overleven heel groot en vele honderden kilo’s zwaar worden. Die eigenaardigheid maakt dat visrecords eigenlijk nooit definitief zijn.

Wat is de grootste vis ter wereld? Er zijn veel te veel vissoorten om die vraag met een enkel antwoord af te doen. Want wat is groot? Kijk je dan naar lengte of naar gewicht? Bovendien zijn records in het zoete water van een andere orde dan in zee.

Als je uitgaat van de meest simpele tweedeling in het vissenrijk tussen beenvissen en kraakbeenvissen (haaien en roggen), dan wint de laatste groep met een grote voorsprong. Haaien domineren de top van de recordranglijst. Op nummer een staat de walvishaai met een lengte van twaalf a veertien meter bij een gewicht van 20.000 kilo.

Dat is tenminste het officiële record; er zijn anekdotes over walvishaaien van tegen de twintig meter. Op nummer twee staat de reuzenhaai met een lengte van negen a elf meter. Daarna volgen nog wat kleinere soorten, zoals de witte haai (Jaws!) met een lengte van zes meter en 2000 kilo.

Dat haaien zo groot kunnen groeien heeft iets te maken met hun zachte skelet. Kraakbeen is veel lichter dan de harde graten of beenderen van andere vissoorten. Naarmate een vis echt fors wordt gaat dat verschil steeds meer meetellen. De botmassa neemt op een gegeven moment sneller toe dan het zwemvermogen.

Haaien zijn dus ontworpen om met succes groter te groeien dan vissen met een beenderskelet, en dat geldt ook voor de aan de haai verwante familie van de roggen. De reuzenmanta kan bijvoorbeeld een spanwijdte van vijf meter bereiken bij een gewicht van meer dan duizend kilo.

De rol van skeletbouw zie je zelfs bij de recordhouders onder de beenvissen. De maanvis of klompvis (Mola mola) voert in die groep de ranglijst aan met 2300 kilo bij een lengte van ruim drie meter. De maanvis heeft de lichaamsbouw van een beenvis, maar z’n skelet bestaat vooral uit kraakbeen. Hetzelfde zie je ook bij de recordhouder in het zoete water, de bedreigde Belugasteur (Huso huso), waarvan een recordexemplaar in de Zwarte zee ooit zeven meter en 1500 kilo aantikte. De Atlantische steur uit onze streken kon twee eeuwen geleden vier meter lang worden en 350 kilo zwaar.

Toch kunnen vissen met een benig skelet ook best groot worden. Die categorie wordt aangevoerd door de blauwe marlijn (Makaira nigricans) met 700 kilo en 4,5 meter, gevolgd door de blauwvintonijn (Thunnus thynnus) en zwaardvis (Xiphias gladius) met maximaal 650 kilo en 4,5 meter.

Zulke records zijn echte uitzonderingen en dateren vaak van een halve eeuw of langer geleden. Tegenwoordig geldt een blauwvintonijn van tweeëneenhalve meter al als groot. Vissen lopen tegenwoordig een veel grotere kans om gevangen te worden voordat ze een respectabele lengte kunnen bereiken. Hetzelfde geldt nog sterker voor kabeljauw, die onder gunstige omstandigheden twee meter lang kan worden.

Veel vissoorten krijgen dus niet de gelegenheid meer om hun maximale formaat te bereiken. Maximum is eigenlijk een verkeerd woord, want het formaat dat een vis kan bereiken is in theorie onbegrensd. Vissen stoppen namelijk niet met groeien

Die onbegrensde groei is een biologische eigenaardigheid van vissen, die een grote rol speelt in vissenrecords. Zoogdieren, zoals mensen en honden, bereiken op een goed moment een volwassen maximale lengte. Alle vissen hebben in hun jeugd een groeispurt en daarna neemt de groeisnelheid weliswaar af, maar het stopt nooit. (…..)

Artikel verschenen in Beet 02 februari 2017

Cover Beet 02 2017